Terug naar nieuwsoverzicht

Stichting Natuur & Milieu publiceert overzicht geothermie voor gemeenten

Veel gemeenten zijn druk met de uitwerking van plannen voor transitievisies warmte. Daarin wordt gezocht naar duurzame bronnen voor gebieden die op een warmtenet worden aangesloten. Aardwarmte is zo’n duurzame bron. Ontwikkeling van aardwarmte kan complex zijn. Daarnaast spelen er bij gemeenten veel vragen over (beleidsmatige) belemmeringen, mogelijke risico’s en draagvlak. Om gemeenten te ondersteunen geeft Natuur & Milieu in het paper ‘Aardwarmte, een cruciale warmtebron in een duurzame warmtevoorziening’ een overzicht van de status van de belangrijkste belemmeringen, sociale risico’s en technische risico’s die spelen bij de ontwikkeling van aardwarmte.

Natuur & Milieu roept gemeentes op om aardwarmte meer op te gaan nemen in de Transitievisies Warmte en de Regionale Energie Strategieën. Waar er de laatste jaren een beperkte ontwikkeling was in aardwarmteprojecten, is er op het vlak van kennis en beleid veel gebeurd. Zodra er meer aardwarmteprojecten komen voor de gebouwde omgeving zal de sector verder professionaliseren en worden financiële risico’s kleiner, aldus de stichting.

Natuur & Milieu ziet dat met verbeterd beleid vanaf 2023 de meeste seinen op groen staan om grote stappen te zetten met aardwarmte. Gemeenten kunnen hierin het voortouw nemen. Met het paper wil Natuur & Milieu hen handvaten bieden voor de besluitvorming om te komen tot een snelle opschaling van aardwarmte.

Het paper gaat in op enkele projectonzekerheden en technische risico’s  bij aardwarmte. Deze onzekerheden en risico’s zijn volgens Natuur & Milieu grotendeels te minimaliseren met de juiste maatregelen. Daarnaast worden er meerdere aanbevelingen gedaan voor het verkrijgen van genoeg draagvlak bij bewoners. Dit heeft als doel gemeenten te ondersteunen, bijvoorbeeld voor vragen die mogelijk spelen in een gemeenteraad, bij inwoners en bij ambtenaren om te helpen bij besluitvorming.

Download het paper ‘Aardwarmte, een cruciale warmtebron in een duurzame warmtevoorziening’