Terug naar nieuwsoverzicht

Amsterdam onderzoekt aardwarmte

Amsterdam mag onderzoeken of er aardwarmte in de regio te vinden is, samen met een aantal andere partijen. Daarvoor hebben we de vergunning gekregen. Aardwarmte zit diep in de grond opgeslagen en is een duurzaam alternatief voor de huidige warmtebronnen. Als de diepe ondergrond geschikt is om deze warmte te winnen, is het doel om tegen 2030 de eerste aardwarmte te gebruiken om huizen te verwarmen die op het warmtenet zijn aangesloten.

Aardwarmte zit tussen de 500 en 4000 meter diep in de grond. Om te weten of aardwarmte potentie heeft, moeten we de diepe ondergrond goed in kaart brengen. Met de vergunning mogen wij samen met de andere partijen onderzoek naar die ondergrond doen. De komende 2 á 3 jaar staan in het teken van dat onderzoek.

Energie Beheer Nederland (EBN) en TNO doen met het landelijke onderzoeksprogramma SCAN afzonderlijk onderzoek naar aardwarmte. Zo bereidt EBN een onderzoeksboring in de regio Amsterdam voor en heeft zij het zoekgebied bepaald voor een mogelijke tweede proefboring.

Geschikt voor warmtenetten

De komende jaren onderzoeken we of de diepe ondergrond geschikt is om aardwarmte te winnen en te gebruiken voor de warmtenetten in de regio, ook wel stadswarmte genoemd. Een aardwarmtebron is interessant als we er minstens een paar duizend woningen en andere gebouwen mee kunnen verwarmen. Omdat veel woningen in Amsterdam zijn aangesloten op een warmtenet, of in de toekomst aangesloten worden, is aardwarmte een interessante bron voor de energietransitie.

Tijd en geld.

Van bodemonderzoek naar de daadwerkelijke ontwikkeling van een bron is de volgende stap. Als de diepe ondergrond geschikt blijkt, kunnen we met de ontwikkeling van de eerste bronnen beginnen. Al met al is het een behoorlijke investering in tijd en geld. We koersen op 2030 om de eerste aardwarmtebronnen te kunnen gebruiken. Aardwarmte moet samen met andere duurzame bronnen bijdragen aan onze doelstelling om in 2050 een klimaatneutrale stad te zijn.

Samenwerking

We doen het onderzoek samen met de provincie Noord-Holland en energiebedrijven Vattenfall en Eneco. Die laatsten hebben veel kennis over warmtebronnen en het warmtenet. Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat gaf de vergunning. Daarmee hebben de gemeente en de andere partijen het exclusieve recht om onderzoek te doen of de bodem geschikt is om aardwarmte te winnen.

(bron: Amsterdam.nl)